IK BEN RESIDENT IN SPANJE. HOE BEREID IK MIJN NALATENSCHAP VOOR?
- On 23 april 2017
Dit is de eerste titel van een serie van gratis lezingen die vanaf 10 mei as. op mijn kantoor in Albir zullen worden gegeven. Deze eerste lezing gaat over de maatregelen die een Nederlander die resident is in Spanje vóór het overlijden kan nemen om de afwikkeling ná het overlijden in Spanje zo soepel mogelijk te kunnen laten verlopen. Deze column is een inleiding hierop. Klik hier om u in te schrijven op onze gratis lezingen van de komende maanden.
Rechtskeuze
Resident zijn in Spanje veronderstelt dat je in Spanje woont. Dit betekent dat bij overlijden in beginsel het Spaanse erfrecht op je hele erfenis van toepassing is. Een Nederlands (langstlevende) testament heeft dan niet de beoogde werking. Een testament naar Spaans recht is voor een Nederlander om vele redenen geen optie. Maar geen nood: door een rechtskeuze voor Nederlands recht op te nemen in je testament bereik je dat – ondanks je woonplaats in Spanje – toch het Nederlands erfrecht van toepassing is op je hele erfenis, en dus óók op je bezittingen in Spanje. Dit is de basis.
Spaanse erfbelasting
De woonplaats van de erfgenaam, en niet die van de overledene bepaalt of Spanje erfbelasting (successierecht) mag heffen. De erfgenaam die resident is in Spanje wordt dus belast met Spaanse erfbelasting, en wel over de totale erfenis, ongeacht waar de bezittingen zijn gelegen. Als de erfgenaam niet in Spanje woont (maar bijvoorbeeld in Nederland) heft Spanje alléén over het bezit in Spanje. De woonplaats van de erfgenaam is dus bepalend voor de vraag hoe in het testament moet worden ingespeeld op de Spaanse erfbelasting. Met testamentaire constructies (gebruikmakend van de mogelijkheden die de Nederlandse wet biedt) kan Spaanse erfbelasting sterk worden verminderd en/of uitgesteld tot een geschikter moment.
Nederlandse erfbelasting
Maar bij een overledene die resident is hebben we vaak óók nog te maken met Nederlandse erfbelasting. Nederland heft weliswaar slechts erfbelasting als de overledene in Nederland woonde, maar daar zit een gemene adder onder het gras. Na vertrek uit Nederland wordt je volgens de Nederlandse successiewet namelijk geacht (fictief) nog 10 jaar in Nederland te wonen. Bij overlijden binnen die termijn heft óók Nederland, ongeacht de ligging van het bezit. Met testamentaire constructies (gebruikmakend van de mogelijkheden die de Nederlandse wet biedt) kan ook de Nederlandse erfbelasting sterk worden verminderd en/of uitgesteld tot een geschikter moment. Als in een concreet geval sprake is van Spaanse én Nederlandse erfbelasting, verlangt dit – ná het overlijden – een uitgebalanceerde toepassing van de bedoelde testamentaire constructies. Maar die moeten er dan natuurlijk wel in staan! De afwikkeling ná het overlijden van een resident is onderwerp van de eerstvolgende lezing (zie www.erfrechtinspanje.nl)
Overige belastingen (specifiek bij vererving van onroerend goed)
Het kan dan in beginsel slechts gaan om ‘plusvalia municipal’; een heffing van vermogenswinstbelasting door de gemeente. Recent is er belangrijke juridisprudentie hierover ontstaan. Zie het artikel van collega/mede-columnist Roeland van Passel op zijn website ‘zekerenvastgoedinspanje.com’. Het betreft een eenmalige heffing en meestal een beperkt bedrag. De nationale variant van de vermogenswinstbelasting is veel duurder, maar pas van toepassing bij verkoop door de erfgenamen. Anticiperen hierop bij de afwikkeling van de nalatenschap is echter van groot belang om een hoge aanslag te voorkomen.
De voorbereiding (het organiseren) van een nalatenschap
Wie moet mijn bezittingen krijgen? Lijkt eenvoudig, maar er zijn belangrijke keuzes te maken. Is dat één persoon (zoals een echtgenoot), of zijn dat meerdere personen gezamenlijk (zoals je kinderen). Aan één erfgenaam het bezit, en aan de anderen slechts geld, kan de nalatenschapsafwikkeling sterk vereenvoudigen. Samen een bezit erven betekent immers dat er ooit verdeeld moet worden, of gezamenlijk moet worden verkocht. Daarbij kan onenigheid ontstaan als de onderlinge verhoudingen minder harmonieus zijn. Voorkoming hiervan door doordachte testamentaire keuzes wordt in de testamentenpraktijk te vaak achterwege gelaten. De Nederlandse erfwetgeving biedt prachtige mogelijkheden. Die bedenk je niet zelf, maar moeten worden aangereikt door iemand die met de materie kan jongleren. Hij moet dan weten wat je wensen zijn en hoe de verhoudingen liggen. Een of meerdere intense gesprekken zijn dus onmisbaar als eerste stap naar een weloverwogen nalatenschapsplanning.
Langstlevende testament
Voor het geval er een echtgenoot achterblijft geeft de Nederlandse wet aanvullende mogelijkheden. Ons Nederlands erfrecht is hiermee uniek in Europa. Naast het benutten van de mogelijkheid de kinderen slechts geld na te laten, zodat de echtgenoot de beschikking houdt over de bezittingen, kunnen de geldaanspraken van de kinderen worden uitgesteld tot na het overlijden van de langstlevende echtgenoot, ongeacht of dit een eigen ouder of een stiefouder van de kinderen is.
Erfbelasting bij de langstlevende echtgenoot die resident is
Als de overledene resident is, is de echtgenoot dat doorgaans ook. Bij een ‘gewoon’ langstlevende testament krijgt de echtgenoot al het bezit. Voor de Spaanse fiscus is die echtgenoot dan de enige erfgenaam. Slechts zijn of haar vrijstellingen en kortingen kunnen worden benut. Die van de kinderen blijven onbenut. Dit is ongunstig. Door bij de afwikkeling van de nalatenschap de hiervoor bedoelde constructies uit het testament toe te passen kan dit nadeel worden opgeheven, ongeacht hoe de vrijstellingen/kortingen zijn in het jaar van overlijden. Het testament hoeft nooit meer aangepast.
Genoeg stof voor een lezing! U bent welkom op 10 mei as. op mijn kantoor in Albir
Klik hier om u in te schrijven op de nog komende lezingen dit jaar.
27-4-2017
R.L. (Renato) Zanardi, notaris in Nederland en estate planner in Spanje
0 Comments