Kind in de bijstand – “Bijstandproof” testament?
- On 29 september 2019
Als een kind bijstandsgerechtigd is, bestaat het risico dat zijn bijstandsuitkering wordt verlaagd dan wel beëindigd als hij iets erft, waarmee die erfenis vervolgens dus wordt opgeslokt. En als een kind teveel of onterecht bijstand heeft gekregen in het verleden houdt hij voor dat bedrag gedurende 20 jaar een schuld aan de gemeente. Ouders die een kind hebben dat hier (mogelijk) mee te maken gaat krijgen willen een ‘bijstandproof’ testament.
1. Erfrechtelijke verkrijging en bijstand
Een bijstandsgerechtigde mag iets meer dan € 6.000,- eigen vermogen hebben (‘de vermogensgrens’). Voor een alleenstaande ouder of als sprake is van een gezamenlijke huishouding is dit ruim € 12.000,-. Door een erfenis kan de vermogensgrens worden overschreden. Als de ouder van een bijstandsgerechtigd kind overlijdt, moet hij dit melden bij de gemeente.
2. Bijstandskrediet
Als één van de ouders overlijdt zal het kind vaak pas bij het overlijden van zijn langstlevende ouder feitelijk over diens erfenis kunnen beschikken. Hoe precies en onder welke voorwaarden is afhankelijk van het type langstlevende testament van de langstlevende ouder. De gemeente kan dan tijdens die overbruggingsperiode de bijstandsuitkering in de vorm van een lening verstrekken, omdat het kind anders niet in zijn onderhoud kan voorzien. Die lening wordt afgelost zodra de erfenis feitelijk aan het kind ter beschikking komt.
3. Verbod op onnodig beroep op bijstand
Zodra het kind recht heeft op daadwerkelijke uitkering van zijn erfenis, is hij ook verplicht dit op te eisen. Doet hij dat niet, dan kan hij gestraft worden met een verlaging van zijn uitkering, of met het omzetten van de reeds aan hem uitgekeerde bijstand in een leningschuld aan de gemeente zoals hiervoor bedoeld. Als het zover is dat het kind zijn erfenis feitelijk ontvangt stopt zijn uitkering, en mag hij maandelijks niet meer dan een bedrag gelijk aan 1,5 keer van zijn (voormalige) uitkering daarop interen totdat de erfenis op is vóórdat hij opnieuw een bijstandsuitkering aanvraagt. Verwerping van een erfenis wordt gezien als een onnodig beroep op bijstand. Dit geldt ook als het kind berust in zijn onterving (hij is dan verplicht zijn ‘legitieme portie’ op te eisen).
4. Bijstandproof testament
Een ‘bijstandproof’ testament houdt in grote lijnen in dat door middel van bepalingen in het testament ervoor wordt gezorgd dat het kind de erfenis niet kan opeisen en dat de gemeente geen geldvordering op het kind kan krijgen. Als dit zo is, mag de erfenis niet worden meegeteld bij de beoordeling of bij het kind sprake is van overschrijding van de vermogensgrens. Een standaard langstlevende testament of een vruchtgebruiktestament zorgt er weliswaar voor dat een kind zijn erfenis niet kan opeisen zolang de langstlevende ouder leeft, maar is niet bijstandproof. Een van de instrumenten om een testament wel bijstandproof te maken is door in het testament onder andere te bepalen dat de erfenis van het bijstandsgerechtigde kind onder het beheer van een ‘bewindvoerder’ valt. Schulden van het kind kunnen dan in beginsel niet op de erfenis worden verhaald. Een dergelijk ‘bewind’ alléén volstaat echter niet. Het voert te ver om in dit artikel te beschrijven welke aanvullende maatregelen nodig zijn, maar een recente uitspraak van de hoogste Nederlandse rechter bewijst de noodzaak van dit soort maatregelen.
5. Casus (Centrale Raad van Beroep 06-08-2019, ECLI:NL:CRVB:2019:2607)
Het kind ontving sinds 2003 bijstand. In 1990 heeft het kind van haar vader geërfd. Zij erfde toen een woning. Haar moeder erfde het testamentair vruchtgebruik hiervan. De moeder overlijdt in 2015. Het vruchtgebruik eindigt daardoor. Het huis kan dan worden verkocht door het kind. De uitkeringsinstantie vordert direct daarna de aan het kind uitgekeerde bijstand terug, over de periode van 2003 tot het overlijden van de moeder in 2015. Volgens de rechter is dit terecht op grond van de wet. Aan de wet ligt namelijk de gedachte ten grondslag dat bijstand, die niet zou zijn verleend indien de betrokkene al eerder over de erfenis had kunnen beschikken, moet kunnen worden teruggevorderd. Het kind moet dus worden geacht haar erfenis reeds te hebben ontvangen toen haar vader overleed, ondanks dat haar moeder daarvan eerst het vruchtgebruik kreeg. Dat de erfenis voor het kind feitelijk pas beschikbaar kwam toen haar moeder overleed (door het einde van dat vruchtgebruik) doet daaraan niets af. Hieruit volgt dat de reeds uitgekeerde bijstand kon worden teruggevorderd en verhaald, op de erfenis die het kind in 1990 kreeg van haar vader, zodra haar moeder overleed. Het vruchtgebruiktestament was niet bijstandproof.
6. Vruchtgebruik
Ik vond deze uitspraak relevant voor onze lezers in Spanje, mede omdat in veel testamenten die Nederlanders (laten) maken met het oog op hun Spaanse bezit is opgenomen dat de langstlevende ouder het vruchtgebruik krijgt van de Spaanse woning en de kinderen de blote eigendom daarvan. De voornaamste argumenten hiervoor zijn: (1) erfbelastingbesparing: de Spaanse erfbelastingvrijstellingen van zowél de langstlevende echtgenoot áls die van de kinderen kunnen worden benut (in plaats van slechts die van de langstlevende echtgenoot in het geval van een standaard langstlevende testament), én (2) dat de langstlevende echtgenoot als vruchtgebruiker – ondanks dat de kinderen eigenaar worden – de feitelijk beschikking houdt over de Spaanse woning. Conclusie: het hebben van een kind dat bijstandsgerechtigd is, of dat in de toekomst zou kunnen worden, is een serieus aanvullend aandachtspunt bij het laten opstellen van een goed ‘Spanje-testament’.
2 oktober 2019
mr. R.L. (Renato) Zanardi, notaris in Nederland en estate planner in Spanje
Verzorgd door Hak & Rein Vos juridisch adviseurs en notarissen: notarissen in Nederland én erfrechtadviseurs gevestigd in Albir (Costa Blanca) en Marbella (Costa del Sol). Zie voor eerdere columns deze website: www.erfrechtinspanje.nl.
0 Comments